Podcast Transcript

Circulatie problemen bij Long COVID

Welkom bij de ME en Long Covid podcast. Vandaag praten we over problemen in de circulatie bij Long Covid. Bij mij zit Ruud Vermeulen. Ruud, ga je gang.

Dank je. In ons onderzoek van mensen met Long Covid, ME-CVS, die op de poli komen, meten we altijd de bloeddruk en de hartslag tijdens 10 minuten liggen

en in de eerste 10 minuten nagaan staan. Een soort kanteltafeltest. Vroeger werd dat ook met de nexvin gedaan en dan meten we ook het volume van het bloed

dat per slag uit het hart kwam. Het slagvolume. In het centrum gebruikten we eerst de kanteltafel en nu, zoals iedereen die zich met ME-CVS bezighoudt,

de NASA 10 minuten leuntest. Daar is al heel wat over bekend. Het post-ulo-orthostatic tachycardia-systeem. Het syndroom of POTS komt veel voor.

Dan neemt de hartslag teveel toe, bij volwassenen meer dan 30 slagen of boven de 120 slagen per minuut.

En soms daalt de bloeddruk te sterk en dan is er sprake van orthostatische hypotensie. Het wijst allemaal op een aanpassing aan een circulatieprobleem.

Of de gevolgen van het circulatieprobleem als de bloeddruk daalt omdat er gewoon onvoldoende bloed is om te pompen.

Soms kunnen patiënten alleen nog maar liggen en niet meer zitten en warm douchen is al heel vaak een groot probleem.

Dan zijn we een behandelcentrum, maar ook een onderzoekcentrum.

Alles wat we vinden en alles wat we doen wordt met toestemming van de patiënt anoniem opgeslagen, bekeken en geëvalueerd.

Zo vergelijken we nu samen met professor Len Jason van de De Paul Universiteit in Chicago, de uitslagen van de De Paul Symptom Questionnaire

en die vergelijken we met orthostatic gading scale en ook met resultaten van de kanteltafeltest.

Maar naast dat stukje vonden we ook nog iets bijzonders en dat willen we hier niet onthouden. Bij de bloeddrukmeting bepalen we de bovendruk, de systolische bloeddruk,

en de onderdruk, de diastolische bloeddruk. De polsdruk is het drukgebruik van de patiënt. De polsdruk is het drukverschil tussen beide drukken.

Het zegt iets over de kracht waarmee het hart het bloed uitpompt. We drukken de polsdruk uit als de polsdrukratio.

Dat is de polsdruk, dus het verschil tussen die twee drukken, gedeeld door de bovendruk, de systolische bloeddruk. En dat doen we in procenten.

Voor liefhebbers het verband tussen het slagvolume dat we eerst gemeten hebben met Nexvin en het verband tussen het slagvolume dat we eerst gemeten hebben met Nexvin en de polsdrukratio hebben we geanalyseerd bij 69 patiënten.

De verband was glashelder met een p-waarde van 0,0001.

Dus de polsdrukratio geeft een goede informatie over het slagvolume.

Volgens Fernen en anderen is de polsdrukratio bij patiënten met long COVID vaker verlaagd bij de nasalendruk. De polsdrukratio is een beetje slager getest dan bij ME-CVS patiënten.

Dat hebben we onderzocht bij patiënten met long COVID en met ME-CVS.

We hebben complete metingen bij 37 long COVID patiënten en bij 197 ME-CVS patiënten.

Daarbij is een polsdrukratio, dus de polsdruk gedeeld door de bovendruk, een polsdrukratio van minder dan 25% te laag.

Dat wijst op een storing in de circulatie, met name het slagvolume.

In de long COVID groep was de polsdrukratio te laag bij 39% van de mensen.

Bij de ME-groep was dat bij 42%, dus dat ontnopt elkaar eigenlijk helemaal niet. We hebben ook gekeken naar POTS.

In de long covid-populatie was dat bij 21% aanwezig. En in de ME-groep was dat bij 21% aanwezig. En in de ME-groep was dat bij 27%. Dus dat is ook eigenlijk gelijk.

Dan bestaat die long COVID groep uit patiënten die wel of niet voldoen aan de criteria voor ME.

We gebruiken daarvoor de CCC-criteria of de ICC-criteria.

In de long COVID groep kwam een lage polsdrukratio voor bij 29% van de negatieve CCC. En 50% van de negatieve CCC.

En 50% van de positieve CCC-criteria patiënten. Dat is dus een groot verschil tussen negatief 29% en positief 50%.

En het kwam bij 27% van de negatieve ICC-patiënten voor en 53% van de positieve ICC-patiënten.

De percentages van POTS waren tussen die twee groepen niet verschillend. Dat betekent dus dat als je long COVID hebt, en je voldoet niet aan de criteria voor ME,

dat je ongeveer 30% mensen vindt met een lage polsdrukratio. En dat je dat vindt bij 50% van mensen die wel voldoen aan de ME-criteria.

In de ME-groep waren de percentages eigenlijk niet duidelijk verschillend. Maar dat is natuurlijk niet raar, want je moet eerst voldoen aan de CCC-criteria voordat je ME hebt. Wat betekenen die getallen nou?

Cognitieve klachten bij long COVID en ME-CVS kunnen bij ongeveer de helft van de patiënten verklaard worden door een circulatiestoornis in het brein.

Patiënten behandelen zonder specialistisch onderzoek is dus gewoon niet verstandig. Want deze stoornissen vragen aandacht en behandeling. Dat geldt ook voor long COVID.

En dat geldt vooral voor long COVID patiënten die aan de ME-CVS-criteria zitten. En dat geldt vooral voor de mensen die een ME-criteria voldoen. Dit blijkt uit deze tweede analyse van de NASA 10 minuten leuntest.

Die bevestigt wat in de eerste analyse werd gevonden.

De uitkomst van deze test lijkt voorlopig voldoende voor het bepalen van het beleid dat kan beginnen met het voorzichtig opvullen van de circulatie.

Waarbij je op je hoede moet zijn dat je de circulatie niet overvult. Bij long COVID komt een probleem in het hart voor. En dan moet je op je hoede zijn.

Starten van de behandeling met middelen als Lodo’s en Alteryxon is in deze groep met orthostatische problemen geen goede keus.

En dat lijkt ook te gelden voor andere behandelingen die gestart worden zonder een goede analyse van de problematiek. Ruud, hartelijk dank voor dit heel duidelijke verhaal en uitleg.

Wij horen je graag weer een volgende keer.


 

Share This Story, Choose Your Platform!

Leave A Comment

Luister nu

Avada Podcasts

Informatie

Stories & Articles

Our blog is packed with articles and stories based around lifestyle, business, design and wellbeing. Subscribe now to get all of our updated directly to your inbox every week.

Categorieën